Zoeken

Filters

1004 resultaten gevonden

Weten is nog geen doen

Goede samenwerking tussen ouders en pleegouders helpt pleegkinderen op te groeien in twee families en voorkomt breakdowns. Het klinkt als een open deur, maar weten is nog geen doen. Vaak is de relatie broos en daardoor kan handelingsverlegenheid een rol spelen. Hoe kunnen sociaal werkers in de pleegzorg de samenwerking versterken en stimuleren?

Publicatie | 16-06-2025

Wetenschappers en professionals: laat je raken door ervaringskennis

Ervaringskennis inzetten vergt moed van wetenschappers en professionals. Zij moeten zich open en kwetsbaar durven opstellen, zich durven laten raken zonder hun eigen professionele kennis te veronachtzamen, menen Anneke Bulten, Jantien van Berkel en Martine Noordegraaf.

Publicatie | 16-06-2025

“Dignifying the Ordinary”: Why, What, and How of Social Practice Theory in Christian Philosophy

It seems remarkable that several philosophers in the Reformed tradition have recently interacted with social practice theory without interacting with each other. This gave rise to the question as to whether they interact differently or similarly with social practice theory and to what extent Reformed philosophy might benefit from such an interaction. In this article, therefore, we aim to clear the way by addressing three strands in Reformed philosophy, namely, Nicholas Wolterstorff, the normative practice approach, and James K. A. Smith. We explore why they use social practice theory, what they do with it, and how they make it their own. Finally, we highlight what unites them and what divides them, and conclude with suggestions as to how they might benefit from each other’s work in social practice theory.

Publicatie | 16-06-2025

De rol van partnerrelatiebegeleiding en de waarde van emotionally focused therapy in het sociaal werk

Achtergrond: Huidig onderzoek richt zich op de rol van partnerrelatiebegeleiding in het sociaal werk en de waarde van Emotionally Focused Therapy (EFT), in het bijzonder de groepscursus Houd me vast. Drie thema’s stonden centraal: durven (handelingsverlegenheid), mogen (legitimatie) en kunnen (methodiek). Methode: Data zijn verkregen via semigestructureerde interviews met sociaal werkers die wel en niet waren geschoold in de EFT-methodiek. Resultaten: Sociaal werkers die niet geschoold waren in partnerrelatiebegeleiding, in dit onderzoek in het bijzonder de EFT-methodiek, voelen zich soms handelingsverlegen in partnerrelatiebegeleiding. Dit lijkt samen te hangen met een ervaren gebrek aan competentie en de mate waarin zij zich gemandateerd weten door de organisatie. Of sociaal werkers (wel en niet geschoold in EFT) grond zien om cliënten met een partnervraagstuk te begeleiden hangt volgens hen af van de hulpvraag, omvang van de problematiek en geschatte hulpduur, kosten, en mate waarin men zich competent acht. De wijze waarop partnerrelaties worden begeleid lijkt te worden beïnvloed door de scholing. De in EFT geschoolde respondenten in dit onderzoek geven aan dat partnerrelatiebegeleiding op basis van EFT veelal positieve resultaten oplevert voor de client, professional en organisatie. Discussie en conclusie: Partnerrelatiebegeleiding in de context van het sociaal werk is geen vanzelfsprekendheid. Het is geen onderdeel van de basisopleiding van sociaal werkers en het mandaat vanuit organisaties om dit te bieden is lang niet altijd duidelijk. Sociaal werkers geschoold in partnerrelatiebegeleiding, in dit onderzoek de EFT, en met een mandaat van de organisatie geven aan dat partnerrelatiebegeleiding een interventie is met preventieve werking. Scholing op dit terrein en een duidelijk mandaat zijn dan ook gewenst.

Publicatie | 16-06-2025

Uithuisplaatsing is nog altijd een taboe

De samenwerking tussen hulpverleners en biologische ouders van uit huis geplaatste pubers loopt in de praktijk niet altijd even constructief. Want al wil iedereen het beste voor het kind, toch kan het flink schuren volgens Martine Noordegraaf, lector Jeugd & Gezin aan de CHE.

Publicatie | 16-06-2025

Religieuze levensbeschouwing in de psychosociale hulverlening : Over het belang van aandacht voor levensbeschouwing in de psychosociale hulpverlening

In dit artikel ga ik in op de relatie tussen religieuze levensbeschouwing en onze bestaanswerkelijkheid en trek daarbij enkele consequenties voor de psychosociale hulpverlening. De aandacht voor religieuze overtuiging en het belang daarvan voor het daadwerkelijk geleefde leven is de laatste decennia groeiend. Lange tijd is dit onderwerp in de breedte van de samenleving taboe geweest. Onder invloed van een sterk logisch positivistische wetenschappelijke werkelijkheidsvisie en daarmee samenhangende secularisering van de maatschappij werd religie lange tijd gemarginaliseerd en weggezet als een privé aangelegenheid van individuen. Aan de relevantie van religieus geloof voor het welzijn van individu en samenleving werd eenvoudig voorbijgegaan. Religieus geloof werd gezien als een relict uit een inmiddels achterhaald stadium van de menselijke ontwikkeling, en gelovigen werden op zijn best minzaam bejegend als medeburgers die immers ook recht hebben op een eigen positiebepaling in dit leven. De laatste jaren echter is op dit punt een duidelijke verandering aanwijsbaar. Zo verschijnen er publicaties waarin het ‘goedrecht’ van religieus geloof door intellectuelen wordt verdedigd en waardoor het intellectuele debat op dit punt weer wordt gevoerd (H.M. Praag, 2008). Daarnaast zorgt het verschijnsel van de multiculturele samenleving ervoor dat de aandacht voor religieus geloof en haar functie groeit. Ook de aandacht in bredere zin voor zingevingsvraagstukken en moraal (denk aan het normen en waardendebat) is debet aan de herlevende belangstelling voor religieuze levensbeschouwingen. Toegespitst op het thema van dit artikel: binnen de psychosociale hulpverlening werd tot voor enkele decennia hoegenaamd geen systematische aandacht besteed aan de levensbeschouwing van de cliënt en zeker niet als het religie betrof. Jan H.G. Janssen concludeert in zijn bestseller over beroepsethiek voor het maatschappelijk werk (1e druk in 1991) in 2007 nog: ‘We kunnen rustig stellen dat religie vaak een blinde vlek is in de hulpverlening: er wordt geen aandacht aan besteed in de intake en ook zelden daarna’. Ook andere getuigen van dat inzicht worden door hem geciteerd (J.H.G. 2007). Tegelijkertijd constateert hij echter dat ‘er geen christelijke of andere religieuze of godsdienstige hulpverlening bestaat’ en waarschuwt: 2 ‘hulpverlening moet vrij maken en de boodschappen aan anderen overlaten’. De waarschuwing is helder en niet zonder grond, maar doet gelijk een daaraan ten grondslag liggend ideaal van waardevrije hulpverlening vermoeden welke zelf kwestieus is. Hoe dan ook, de aandacht voor levensbeschouwing in de hulpverlening is heden ten dage groot. Publicaties over spiritualiteit en zingevingsvragen volgen elkaar in snel tempo op. In curricula van opleidingen in de zorg- en hulpverlening worden deze thema’s zonder moeite teruggevonden.

Publicatie | 16-06-2025

Redactioneel 'Video-observatie nader bekeken'

Dit is een redactioneel van een themanummer van KWALON over het gebruik van video-observatie voor de verbetering van gespreksvoering in sociaal werk.

Publicatie | 16-06-2025

Rapportage 2 - ‘Jouw Gezin, Mijn Zorg?’ Hoe gezinshuisouders en ouders constructief kunnen samenwerken

In deze rapportage wordt verslag gedaan van de tweede fase van het onderzoek ‘Jouw Gezin, Mijn Zorg?’ (januari 2018- februari 2019). Door middel van dertien casestudies is in deze fase zicht gekregen op concrete samenwerkingsrelaties van gezinshuisouders en ouders. Er is antwoord verkregen op de volgende onderzoeksvragen: 1.Wat zijn de kenmerken van de deelnemende cases? 2.Welke belemmerende en bevorderende factoren voor de constructiviteit van desamenwerking zijn te ontwaren in de cases? 3.Hoe wordt de samenwerkingsrelatie tussen ouders en gezinshuisouders in de cases concreetvormgegeven? 4.Hoe worden de samenwerkingsrelaties beleefd door de jongeren, de ouders en degezinshuisouders?

Publicatie | 16-06-2025