Arbeid laat zich eenvoudig definiëren als het verrichten van inspanning om een doel te bereiken. Met deze omschrijving wordt direct de intrinsieke spanning duidelijk die met alle arbeid gegeven is: men wil iets (een doel bereiken) en daarvoor moet men iets (inspanning verrichten). In dit artikel wordt de verhouding tussen willen en moeten in het werk nader verkend, en meer specifiek wordt de vraag gesteld naar de rol die spiritualiteit kan vervullen in het omgaan daarmee.