Als moderne mensen van (na)
de Verlichting is het ons onmogelijk om nog
één te zijn met de natuur, zoals onze voorouders
dat ooit waren. Diezelfde voorouders
hebben ons echter in hun sprookjes en mythen
een schat aan symbolische vertellingen
nagelaten, die ons aanspreken in de taal van
zintuigelijke beelden, aan de natuur ontleende
metaforen en van gevoelens gevulde fantasieën.
De werkvorm van het dwalen in het sprookjesbos
laat zien dat het ons in de verbinding
van het wandelen in de natuur en het opgaan