Jan Willem Nuis, onderzoeker en docent Human Resource Management aan de Christelijke Hogeschool Ede (CHE), schreef Hocus Pocus?, een praktisch boek over het maken van impact met praktijkgericht onderzoek. In plaats van traditionele scripties pleit hij voor een methode die start met een grondige probleemoriëntatie en resulteert in tastbare, bruikbare producten voor de praktijk: "Dan maak je echt impact."

Volgens Nuis denkt het hbo nog te vaak dat studenten een soort van wetenschappelijk onderzoek moeten doen, terwijl scripties vaak in de welbekende bureaula verdwijnen. “Met het schrijven van aanbevelingen bereik je in de praktijk over het algemeen weinig tot niks. We hebben echt andere skills nodig en een andere mindset.” Zijn boek is dan ook volledig ‘scriptievrij’. “De praktijk vraagt om het aanpakken van concrete problemen en daar is praktijkgericht onderzoek perfect geschikt voor, omdat het altijd draait om concrete en doordachte verandering van die praktijk. Dat wordt ook wel impact genoemd. Een hip woord, maar het draait om een merkbare verandering in het doen, denken of voelen van mensen. Daarom draait het boek om het realiseren van concrete producten en interventies.”
Van probleem naar impact
Nuis introduceert twee cruciale vragen voor praktijkgericht onderzoek in zijn boek. De eerste vraag gaat over probleemoriëntatie: waarom is dit een probleem? “Deze vraag helpt professionals om een probleem grondig te begrijpen”, legt Nuis uit. “Altijd in samenwerking met belanghebbenden.” Dit voorkomt ‘jumping to solutions’: het bedenken van een oplossing zonder het probleem goed te analyseren. “Wat ik vaak zie is dat professionals uit alle sectoren, van zorg en overheid tot het bedrijfsleven, een oplossing bedenken voordat ze het probleem écht hebben begrepen. Dat is jammer, want je mist veel perspectieven die nodig zijn om het probleem te doorgronden.”
De tweede vraag draait om de projectaanpak: Waarom heeft mijn aanpak impact op het probleem? “Zodra je het probleem hebt geanalyseerd en afgestemd met belanghebbenden, bepaal je hoe je het probleem gaat beïnvloeden. Dan stel je vast op wie je welke impact wilt hebben, welke producten je daarvoor gaat maken, welke veranderinterventies je gaat inzetten en wat je nog verder moet onderzoeken. Ook bedenk je hoe je project wordt ingericht, denk je na over je eigen positie in het project en welke ethische vragen spelen.”
Geboden en wetten
Het boek biedt tools, reflectievragen en sjablonen om dit proces gestructureerd aan te pakken, op een laagdrempelige manier. Zo krijgt de lezer drie geboden mee: be curious (blijf nieuwsgierig, zoeken en graven), be present (sluit je niet op, loop en hang rond), be critical (neem niet zomaar iets aan, blijf vragen stellen, let op belangen). Daarnaast zijn er twee opvallende wetten: de eerste definitie van het probleem is nooit de juiste, en de opdrachtgever speelt altijd een rol in het probleem, omdat hij of zij het op een bepaalde manier framet. “Vaak zie je dat de eerste probleemdefinitie van de opdrachtgever leidend is in een project. Maar ik merk dat opdrachtgevers het juist waarderen als studenten kritische vragen stellen over het probleem en nieuwsgierig zijn hoe verschillende belanghebbenden er naar kijken. Organisaties hebben behoefte aan kritische, nieuwsgierige vragen, ondanks dat ze het niet altijd doorhebben of toegeven. Van het hbo mag je nou juist verwachten dat ze die kritisch-onderzoekende houding toevoegen.”
‘Keep it simple’ en bruikbaar
Een concreet voorbeeld van een succesvolle toepassing in de praktijk is een student die een scheurkalender ontwikkelde. Doel was om bewustwording rond een maatschappelijk thema te vergroten. Dit proces vroeg om een zorgvuldige probleemanalyse, participatie met belanghebbenden, literatuurstudie en prototyping. Het eindproduct, een prototype van de scheurkalender met wekelijkse inzichten, werd opgepikt door een organisatie en trok bredere interesse. Het lijkt misschien eenvoudig, maar juist dat maakt het product zo krachtig en bruikbaar. “Dit is denk ik de toekomst van praktijkgericht onderzoek. Op basis van gestructureerde nieuwsgierigheid, samen met belanghebbenden producten maken waarmee je impact hebt op de problemen die door hen worden ervaren. Dus niet meer op de zolderkamer allerlei boeken lezen en vervolgens uitleggen hoe de wereld in elkaar zit. Dat werkt in andere vakgebieden misschien prima, maar in hbo-onderzoek niet.”
De aanpak uit Hocus Pocus? wordt al vijf jaar in verschillende onderwijsprogramma’s op de CHE gebruikt. Met dit boek hoopt Nuis studenten, docenten én professionals te inspireren om over te stappen op een praktijkgerichte benadering. “Ik hoop dat dit boek helpt om in te zien dat de problemen van deze tijd vragen om concrete stappen en het maken van echte producten.”
> Het boek Hocus Pocus?, is vanaf 2 april beschikbaar. Meer info